Iris: ‘Mijn tand is eruit’

Achterop de fiets bij haar vader gebeurde het. Iris raakte (bijna) haar eerste tand kwijt. Iris is 5 jaar en vertelt wat er daarna gebeurde.

‘Mijn tand zat al een tijdje los.Toen ik bij papa op de fiets zat, beet ik erop. De tand hing toen helemaal scheef. Toen we thuis kwamen, keek ik in de spiegel. Het zag er heel raar uit. Papa heeft de tand er voorzichtig uitgehaald. Ik voelde er niets van.’

De tand zit nu in een doosje. ‘Dat doosje heeft mama voor me gekocht. Het voelt best gek zonder tand. Maar mijn juffrouw op school vindt het stoer.’ 

 

Matsen speelt Jack

Matsen (8) speelde nooit eerder in een film. Toch kreeg hij de hoofdrol in de film ‘Jack bestelt een broertje’. ‘Er waren 36 jongens die Jack wilden spelen’, vertelt hij. ‘Ik weet niet waarom ik de beste was. Misschien wilde de regisseur me gewoon blij maken.’

Dat is vast niet de enige reden. Een film met een stuntelende hoofdrolspeler, dat kan natuurlijk niet! Of wel? Matsen: ‘Nou, ik deed ook niet alles meteen goed hoor. In het begin keek ik te veel in de camera. Dat moest ik afleren.’

Konijnenoren
In ‘Jack bestelt een broertje’ heeft Matsen twee moeders. Hij is enig kind en kan niet tegen alleen zijn. Daarom wil hij graag een broertje of een zusje. Jack zet twee konijnenoren op z’n hoofd. Pas als hij krijgt wat hij wil, zal hij ze af zetten.

Zelf heeft Matsen een broer, een broertje en een zusje. ‘Nog een zusje erbij lijkt me best leuk’, zegt hij. ‘Maar ik zal er nooit zo om vragen als Jack. Hij zeurt heel veel. Dat is niet leuk voor zijn moeders.’

Een groter interview met Matsen stond in Inkie. 

 

Susan deed een interview

Susan is 11 jaar en doet aan atletiek. Hardlopen is één van haar favoriete onderdelen. Deze week mocht ze de bekende Tilburgse hardloper Greg van Hest interviewen. Ook gingen ze samen trainen in de Oude Warande. Waarom? Voor een reportage in het Jeugdjournaal Magazine.

Susan: ‘Een paar dagen voor het interview werd ik ziek. Gelukkig was ik op tijd weer beter. Het was heel glad in het bos, met ijs en sneeuw. Maar ik vond het heel leuk. Ik heb er ook echt iets van geleerd. Op school waren ze best jaloers dat ik dit mocht doen. Ik mocht er in de klas ook over vertellen.’

 

Loek moet wachten

Loek is 8 jaar én verliefd. Op een meisje in zijn klas. ‘Ik heb vrijdag verkering gevraagd’, zegt hij. En, wat was het antwoord? ‘Weet ik nog niet. Maandag is het Valentijnsdag. Dan zegt ze ‘ja’ of ‘nee’.’

Loek heeft al vaker een vriendinnetje gehad. ‘In de kleuterklas. En ook in groep 3.’ Maar nog nooit hoefde hij zó lang te wachten op een antwoord. ‘Als ze ‘ja’ zegt ben ik heel erg blij.’

 

Kiki gaat verhuizen

Thuis spelen vindt Kiki (6) niet meer zo leuk. ‘Bijna al ons speelgoed zit in dozen’, vertelt ze. ‘Want we gaan verhuizen. Maar eerst gaan we een tijdje bij opa Nico wonen.’ Dat komt omdat het nieuwe huis nog niet af is. ‘Het staat er wel, maar ze zijn nu stukjes aan het afbreken’, legt Kiki uit. ‘Er moet een groot raam komen.’

De nieuwe kamer van Kiki is wel klaar. ‘Ik krijg nu een eigen kamer. Er zat al roze verf op de muren. Dat vind ik mooi. Het hoeft er niet af.’ Is het spannend verhuizen? ‘Ik weet het niet’, zegt Kiki. ‘Ik heb het nog nooit gedaan.’

 

Richard won een medaille

In Tilburg werd laatst de Warandeloop gehouden. Voor de 52-ste keer. Niet iedereen deed voor de 52-ste keer mee. De Richard (5) bijvoorbeeld deed voor de eerste keer mee. Hij rende 600 meter en kreeg een medaille. Net als alle andere lopers. 

Had je geoefend? ‘Ja.’ Sneeuwde het toen ook? ‘Nee’. Vond je het leuk? ‘Ja.’  Ga je vaker meedoen? ‘Ja.’ Heb je wel eens eerder een medaille gewonnen? ‘Nee.’ Wat ga je met je medaille doen? ‘Bewaren.’  

 

Maartje heeft een bril

Lezen wat op het schoolbord staat. Het werd steeds lastiger voor Maartje (9). ‘Ik zag geen letters meer, maar zwarte strepen.’ Eigenlijk hoopte ze dat het vanzelf over zou gaan, maar de opticiën wist wel beter. ‘Ik was er al een paar keer geweest. Nu moest ik echt een bril. Net als mijn ouders.’

Lastige klus: een bril uitkiezen. ‘Met kleurtjes vond ik eigenlijk wel leuk. Maar dan moet je weer zo opletten welke kleren je aandoet. Ik heb dus maar iets gekozen wat goed bij mijn haar past.’

Het is wennen zo’n bril. ‘Het is net of ik door een camera kijk’, zegt Maartje. Want ik zie steeds de rand van mijn bril.’ Op de foto gaan, vindt ze ook niet meer zo leuk. ‘Ik vind mezelf veel knapper zonder bril.’

 

Willem maakte luizenshampoo

Samen met hun klasgenootjes doen Willem (11) en Gijs (11) mee aan de finale van de First Lego League. De Benelux-finale. Gijs: ‘Voor de wedstrijd moesten we een robot bouwen. Straks krijgen we allerlei opdrachten.’ Willem: ‘Eerst was onze robot een beetje kaal. Nu niet meer. Hij ziet er mooi uit en hij is heel snel.’

De wedstrijd draait niet alleen om robots en Lego. De deelnemers moeten ook iets presenteren: een oplossing voor een gezondheidsprobleem. Gijs: ‘In de klas zijn we samen gaan nadenken. We kwamen uit bij luizen. Daar hebben veel scholen last van.’

Op internet vonden  de klasgenootjes een recept om shampoo te maken. Ook lazen ze dat luizen niet van eucalyptus en lavendel houden. ‘Daarom hebben we eucalyptusolie en lavendelolie in de shampoo gedaan,’ zegt Willem. ‘Steeds drie druppels. Dat is genoeg.’

En, helpt de shampoo? Gijs: ‘Dat weten we nog niet. We hebben de shampoo maar één keer geprobeerd. Om te kijken of je haren er niet van uitvallen.’ Willem: ‘We vinden het ook jammer om de shampoo nu al op te maken. We willen eerst weten wat de jury er dit weekeinde van vindt.’

 

Bram heeft een tweelingzus

Thuis is Bram (9) de oudste. Van de kinderen dan. ‘Ik ben twee minuten eerder geboren dan mijn tweelingzusje’, zegt hij. ‘Daar maken we nog wel eens ruzie over, want zij wil ook graag de oudste zijn.’

Bram vindt het eigenlijk ‘heel gewoon’ om tweeling te zijn. ‘We zijn tweeëiig. Dus we lijken niet op elkaar en we doen ook geen dingen tegelijk of steeds hetzelfde.’

Eén ding vindt hij echter niet zo ‘gewoon’. ‘Mijn vader en moeder moeten altijd twee taarten kopen als ik jarig ben. Eén voor mij en één voor mijn zusje.’